Meer dan een half jaar heb ik hier geleefd. Voor anker, in wat eens de oude vissershaven was van de hoofdstad Arrecife. Wanneer de wind  te hard van het westen blies en de golven de situatie te gevaarlijk maakten  vluchtte Perspectiev de marina in.  Wie  te lang wachtte  met verkassen werd er van zelf door de politie toe verplicht. Tijdens een van die stormen heeft een deel van de oude kademuur het begeven. Elke dag  reed een patrouillewagen wel een tiental keer  de strekdam op. Jammer genoeg niet tijdens de nachten  toen  er 2 bijbootjes  van andere zeilers werden gestolen evenals mijn plooifiets. 

 

 

Aan de rand van de oude haven ligt de eerbiedwaardige Club Nautico die een soort combinatie is van  watersportvereniging en Britse club voor genltemen.  Het zeilen wordt aan de jongeren overgelaten  ...

maar er was ook een  krantenkamer, televisiekamer, restaurent, verschillende salons, zwembad, binnenspeeltuin,  allerlei cursussen die niets met watersport te maken hadden  en ... zeer vriendelijke obers die langeafstandszeilers met ongestreken hemden  een groot hart en  goede wifi toe droegen .

Cesar Manrique was een ontdekking. Volgens sommigen zou  hij  even briljant zijn als Picasso, Dali, Miro, ...

 

De lokale overheid gaf hem  de opdracht om het uitzicht van het eiland vorm te geven. Hij is het  die op een bepaald ogenblik besloot dat er op Lanzarotte niet in de hoogte mocht worden gebouwd en dat alle bebouwing wit  moest zijn. 

De woning die hij voor zichzelf bouwde  bevindt zich in holtes en grotten in de  gestolde lavalaag die op veel plaatsen op het eiland te  zien zijn.  Even onvoorspelbaar en fantasievol als de  Basílica de la Sagrada Família in Barcelona.

Lanzarotte is vulkanisch en droog, heel droog. 

 

Het is verbazend  wat er leeft en groeit in deze dorre omgeving.

Dat ik geen spijt had  van dat half jaar op dit droge eiland kwam ook door de mensen die op bezoek kwamen of die ik er tegen het lijf liep.

 

Op een bepaald ogenblik  tijdens de laatste maanden van 2017 lag Perspectiev  in de marina te schuilen. In dat jaardeel  lopen er traditie getrouw op de pontons heel wat jonge rugzaktoeristen op  zoek naar een zeilboot die hen naar de andere kant van de Atlantische Oceaan  kan brengen. Op een bepaald ogenblik werd ik benaderd door Fabian, een Oostenrijker  met rastahaar met de vraag of ik ook de  oversteek zou wagen. Tot zijn spijt zou dat niet voor dit jaar zijn. We  praten wat verder en  ik kwam er achter dat hij al een tijdje  buiten in een hangmat  sliep. Omdat er op Perspectiev wel een slaapplek over is, heb ik hem uitgenodigd om aan boord te overnachten totdat hij een Atlantische lift had gevonden. Hij verhuisde dan ook mee naar de ankerplek en het klikte onwaarschijnlijk goed. Hij was rustig en niet vies om zijn handen vuil te maken. Het vlotte zo goed dat hij meer en meer vergat om zijn oversteek te organiseren en liever met zijn gitaar ging   jammen in de stad. 

 

Omdat ik geniet van het solozeilen kwam het goed uit dat we een  afspraak hadden gemaakt dat zijn verblijf gratis was  zolang  ik geen kosten voor de boot moest maken. Toen de volgende westerstorm zich aankondigde is hij weer in actie geschoten om  uiteindelijk met een Turkse (!) zeilboot naar Las Palmas te varen. Van daar is het hem gelukt met een andere boot of boten naar Kaapverdië te vinden om zijn droom te verwezenlijken: Brazilië . 

 

Sindsdien slapen er regelmatig   low budget reizigers aan boord.

Ook Clive is een man om niet gauw te vergeten. Hij had het traditionele leven jaren geleden vaarwel  gezegd, zeilboot gekocht en met een een klein budget langs beide kanten van de Atlantiek gezworven. Nu was hij langzaam onderweg naar Australië waar hij niet voor zijn 62ste wilde aankomen want  van dan af zal hij er  permanent mogen verblijven omdat zijn zoon er woonde.  

 

Hij lag al enkele maanden voor anker in Arrecife toen we elkaar tegen het lijf liepen. Op een bepaald ogenblik merkte hij op dat zijn ankerketting rond een rotsblok was gedraaid en muurvast zat. Hij was ooit duikinstructeur geweest wat een deel van de oplossing kon zijn. Ik heb voor hem een een duikuitrusting kunnen versieren.

Eenmaal te water werd eerst het anker, dat voor de rots lag, van de ketting ontkoppeld zodat dat tenminste niet verloren zou gaan indien het toch noodzakelijk zou blijken om de ketting te kappen.  Toen hij weer  in het water  was gaf hij aan Fabian, die op het voorplecht stond,  aanwijzingen  die vervolgens naar achteren werd geroepen zodat ik de boot met brullende motor in tegenovergestelde richting rond het rotsblok kon varen. Dat lukt niet.  Na verschillende pogingen kwam de ketting toch  los  en kon Fabian de ketting binnenhalen. Omdat dit niet evident was, dicht Clive me een hoge mate van stuurmanskunst  toe die niet aan de realiteit beantwoord. Het was eerder  teamspel met een flinke portie geluk. Geluk dat ons dreigde te ontsnappen toen de ketting binnen was want toen viel de motor uit en de boot dreef langzaam maar heel zeker naar een ondiepte. Ik riep Clive en Fabian  die bezig waren de ketting en het anker weer te assembleren de diepte toe: 2m, 1,9 , 1,8, ... . Op het ogenblik dat de dieptemeter aangaf dat er geen ruimte over  was lukte het om het anker met ketting overboord gooien.

 

Een jaar later en 1500 km verder zou ik Clive totaal onverwacht  nog eens tegen het lijf lopen.

Opmerking: De met * gemarkeerde velden zijn verplicht.